⦾ alles laten zien ⦿ alles verbergen ⇄ omdraaien ⤨ herhaal moeilijk ⤨ shuffle

Overhoren - Hoofdstuk 33 - Speaking A - havo 4

Overhoor jezelf! Bedenk wat het woordje moet zijn en typ het in of klik op . Geef vervolgens eventueel aan of je het goed had met of . Weet je het bijna? Vraag dan een hint met ?. Alles kan ook met het toetsenbord. Typ hiervoor de antwoorden in en gebruik de pijtjes.

Nederlands Engels
eloquent = ... ?
eloquence = ... ?
fluent = ... ?
to stress = ... ?
stress = ... ?
to chat = ... ?
to interpret = ... ?
interpreter = ... ?
to confuse = ... ?
confusing = ... ?
confusion = ... ?

Klaar!