Overhoren - Hoofdstuk 13 -
Overhoor jezelf! Bedenk wat het woordje moet zijn en typ het in of klik op ⦾. Geef vervolgens eventueel aan of je het goed had met ✓ of ✗. Weet je het bijna? Vraag dan een hint met ?. Alles kan ook met het toetsenbord. Typ hiervoor de antwoorden in en gebruik de pijtjes.
| Vraag | Antwoord | ||
|---|---|---|---|
| bijniermerghormoon met een sympathicuswerking | = | ... | ⦾ ? |
| hypofysehormoon dat de werking van de bijnierschors beïnvloedt | = | ... | ⦾ ? |
| mannelijk geslachtshormoon | = | ... | ⦾ ? |
| hypofysehormoon dat inwerkt op de urineproductie | = | ... | ⦾ ? |
| schildklierhormoon met effect op de calciumhuishoudimg; antagonist van het parathormoon | = | ... | ⦾ ? |
| schors | = | ... | ⦾ ? |
| klieren met interne secretie: afscheiding in het lichaam | = | ... | ⦾ ? |
| bijschildklier | = | ... | ⦾ ? |
| bijnier | = | ... | ⦾ ? |
| schildklier | = | ... | ⦾ ? |
| alvleesklierhormoon met effect op de glucosehuishouding: antagonist van insuline | = | ... | ⦾ ? |