Hoofdstuk 12 - H12 Skelet
Bij methode Medische terminologie en pathologie aangemaakt op 19-12-2021 door Ilse3504 en inmiddels 388 keer bekeken.
Leerjaar: 1
Niveau: volwassenenonderwijs
Vragen
angina tonsillaris = ontsteking van de keelamandelen ankylose = gewrichtsvergroeiing artritis = ontsteking van een gewricht artritis urica = jicht artrose = degeneratie (slijtage) van gewrichten artritits psoriatica = auto- immuunziekte, gekenmerkt door combinatie van psoriasis en chronische ontsteking in gewrichten zoals handen, voeten, ellebogen of knieën atrofie = verschrompeling van weefsel of een orgaan callus = nieuw weefsel dat na een fractuur de breukvlakken met elkaar verbindt chondrosarcoom = maligne tumor uitgaande van kraakbeenweefsel collumfractuur = fractuur van de femurhals (dijbeenhals) compressiefractuur = breuk, waarbij het bot wordt samengedrukt corpus liberum = gewrichtsmuis, los stukje kraakbeen of botweefsel dat vrij door het gewricht zwerft dislocatie = verplaatsing, verschuiving distorsie = verstuiking fissuur = barst in een bot = barst in een bot fractuur = botbreuk hematoom = bloeduitstortting heupluxatie = uit kom schieten van de heupkop hydrops = abnormale vochtophoping in gewricht of lichaamsholte (hyper)kyfose = (overmatige) voor- achterwaartse, bolle kromming van de wervelkolom (hyper)lordose = holle rug (overmatige) voorwaartse kromming van de wervelkolom impressiefractuur = breuk, waarbij door het trauma het platte bot naar binnen wordt gedrukt laesie = weefselbeschadiging, letsel luxatie = ontwrichting mernigitis = hersenvliesontsteking meniscus = halvemaanvormige stukje kraakbeen aan de mediale en laterale zijde van het kniegewricht osteomyelitis = ontsteking van het beenmerg osteoporose = botontkalking osteosarcoom = maligne tumor uitgaande van botweefsel chondrosarcoom = maligne tumor uitgaande van kraakbeenweefsel polytrauma = verwondingen van minstens twee lichaamsdelen of orgaansystemen die afzonderlijk of gezamenlijk levensbedreigend zijn pseudartrose = vals gewricht, vorming van gewrichtsachtige structuur na slechte genezing van een botbreuk rachitis = engelse ziekte, vertraagde verbening van botten bij kinderen door gebrek aan vitamine D regeneratie = herstel, genezing reponeren = terugplaatsen reumatoïde artritis = chronische ontstekingsachtige aandoening van gewrichten en bindweefselstructuren die typische misvormingen teweegbrengt ruptuur = verscheuring van het weefsel sarcoom = kwaadaardige tumor van steun -en tussenweefsels of van de weke delen schedelbasisfractuur = botbreuk in het onderste gedeelte van de hersenschedel scoliose = zijwaartse kromming van de wervelkolom spina bifida = openrug syndroom van Tietze = aandoening waarbij kraakbeenverbindingen tussen borstbeen en ribben pijnlijk zijn trauma = letsel, verwonding trauma's = letsels, verwondingen trauma capitis = hoofdletsel traumatologie = leer van de verwondingen ziekte van Bechterew = verstijving en verkromming op lumbaal niveau vd wervelkolom door verbeende tussenwervelschijven achondroplasie = dwerggroei; letterlijk geen kraakbeenvorming Congenitale heupdysplasie (CHD) = ontwikkelingsstoornis van de heup bursitis = slijmbeursontsteking subcutaan hematoom = bloeduitstorting green = stick fracture = twijgfractuur impressiefractuur = plat bot wordt ingedrukt (bv schedel) compressiefractuur = breuk, waarbij het bot wordt samengedrukt collumfractuur = fractuur van de femurhals (dijbeenhals) alvusiefractuur = deel van het bot afgescheurd op de plaats waar een pees aanhecht (bij sporten) capilairen = haarvaten fagocyten = en type witte bloedcel die schadelijke deeltjes, bacteriën en dode of stervende cellen opruimt osteoblasten = is een cel die botweefsel opbouwt door osteoid en mineraliserende enzymen af te scheiden in de extracellulaire matrix fibroblasten = zijn de werkpaarden voor het stevig houden van de huid. De grootste functie is het aanmaken van collageen in de huid. Ook spelen fibroblasten een grote rol bij wondgenezing periost = beenvlies