Hoofdstuk 1 - Going to Trondheim
Bij methode NoW - Norwegian on the Web deel 1 aangemaakt op 10-06-2020 door vince en inmiddels 505 keer bekeken.
Leerjaar: 1
Niveau: universiteit
Vragen
å bo = wonen ei dame = een vrouw du = jij ei = een, één er (å være) = is en familie = een familie fra = uit gammel = oud gift = getrouwd han = hij har = heb heter = ben, heet hun = zij hva = wat hvor = waar I = in ja = ja jeg = ik ei jente = een meisje å komme = komen med = met men = maar og = en å reise = reizen seks = zes å snakke = spreken, praten til = naar et tog = een trein å være = zijn et år = een jaar en antropologi = een antropologie en arkitektur = een architectuur flink = goed, slim et fly = een vliegtuig å gjøre = doen ikke = niet å jobbe = werken litt = een beetje også = ook en professor = een professor på = op, bij Roma = Rome en student = een student å studere = studeren bare = alleen, slechts bare bra = prima bra = goed, prima en by = een stad en båt = een boot en dag = een dag deg = jij den = het det = het det går bra = het gaat prima god = goed ha det bra = tot ziens ha det = doei hallo = hallo her = hier å hilse = groeten hvordan = hoe hyggelig = gezellig hyggelig å hilse på deg = leuk je te ontmoeten kanskje = misschien ledig = leeg, vrij en morgen = een morgen å møte = ontmoeten nei = nee neste = volgende na = nu OK / greit = OK seinere / senere = later å ses = elkaar zien snart = binnenkort, spoedig så = zo takk = dankjewel en turist = een toerist unnskyld = pardon vi = wij vær så god = alstublieft ei avis = een krant en bensinstasjon = een bensinestation en bil = een auto å bli = worden en brus = een (fles) prik de = zij (mv) der = daar der borte = daar ergens dere = jullie en ekspeditør = een verkoper en = een, één et = een, één god tur = goede reis hvor langt = hoe ver et kart = een landkaart en kilometer = een kilometer å koste = kosten ei krone = een kroon, een NOK langt = ver over = van, over sammen = samen å stoppe = stoppen å ta = nemen tilbake = terug en tur = een reis tusen = duizend velkommen = welkom å forstå = verstaan, begrijpen et språk = een taal et vindu = een raam å spørre = vragen noe = iets en kiosk = een kiosk en samtale = een gesprek eller = of å finne = vinden å kjøpe = kopen en plass = een plaats å lese = lezen å drikke = drinken et utland = een buitenland stor = groot å si = zeggen takk skal du ha = dank zul je hebben i kveld = vanavond sist = laatst flere = steeds meer i dag = vanmiddag takk for alt = dank voor alles en mat = een eten en kaffe = een koffie en øl = een bier mye = veel ontelbaar en trikk = een tram å stave = spellen et navn = een naam et vornavn = een voornaam et etternavn = een achternaam hei = hoi goddag = goedendag ha en god dag = heb een goede dag å svare = antwoorden