Hoofdstuk 6 de bloedsomloop
Bij methode Medische terminologie anatomie en fysiologie aangemaakt op 16-01-2021 door Delissen en inmiddels 500 keer bekeken.
Vragen
abdomen = buik aorta = grote lichaamsslagader aorta abdominalis = grote buikslagader arcus aortae = boog van de aorta arteria = slagader arteria carotis communis = gemeenschappelijke halsslagader ateria coronaria = kransslagader arteria femoralis = dijbeenslagader arteria hepatica = leverslagader arteria iliaca communis = gemeenschappelijke bekkenslagader arteria mesenterica = darmslagader arteria pulmonalis = longslagader arteria radialis = polsslagader arteria renalis = nierslagader arteria subclavia = ondersleutelbeenslagader arteria tibialis = scheenbeenslagader atrium = boezem van het hart AV knoop = plaats in de hartspier, waar prikkels van uitgaan naar de hartspiervezels bifurcatio aortae = splitsing van de aorta abdominalis in de linker en rechter arteria illiaca bloeddruk = druk in de grote arteriën bundel van His = vezelbundel die de contractieprikkels vanuit de AV-knoop doorgeeft naar hartspiervezels capillair = haarvat collateraal vat = bloedvat dat parallel aan een hoofdbloedvat loopt contractie = samentrekking contraheren = samentrekken cor = hart diastole = ontspanningsfase van de hartspier ecg = electrocardiogram (afbeelding van de activiteit van het hart) hartfilmpje endocard = binnenste bekledingslaag van het hart endotheel = binnenbekleding van bloedvaten epicard = hartzakje, binnenste vlies equaal = gelijkmatig fagocytose = vernietiging van schadelijke elementen die het organisme zijn binnengedrongen, zoals bacteriën en virussen lien = milt lymfe = circulerend weefselvocht lymfeklieren = plaatsen waar lymfebanen samenkomen milieu intérieur = samenstelling van weefselvloeistof die zoveel mogelijk constant moet worden gehouden om de cellen van het weefsel zo goed mogelijk te laten functioneren myocard = spierlaag van het hart nervus vagus = tiende hersenzenuw behorende tot het autonome zenuwstelsel, reguleert o.a. het hartritme pericard = hartzakje, buitenste vlies regulair = regelmatig septum cordis = schot tussen het linker- en rechterdeel van het hart sinusknoop = plaats in de hartboezemwand, waar prikkels worden verstuurd naar de AV-knoop systole = samentrekkingsfase van de hartspier tensie = bloeddruk tractus circulatorius = bloedsomloop truncus coeliacus = grote ingewandsslagader valva = klep valva mitralis = klep tussen de linkerboezem en de linkerkamer valva tricuspidalis = klep tussen de rechterboezem en de rechterkamer vena = ader vene = ader venae = aderen vena cava inferior = onderste holle ader vena cava superior = bovenste holle ader vena portae = poortader die bloed vervoert van de darm naar de lever vena pulmonalis = longader vena renalis = nierader ventriculus = hartkamer