file 3 kgt Phrases You Can Use helemaal
Bij methode Library jaar 2 aangemaakt op 10-03-2020 door paul en inmiddels 468 keer bekeken.
Leerjaar: 2
Vragen
Do you know a good joke? = Ken jij een leuke mop? I know a good one. = Ik weet een leuke (mop). Want to hear a joke? = Wil je een mop horen? Shall I tell you a joke? = Zal ik een mop vertellen? What is your favourite joke? = Wat is jouw favoriete mop? My best joke ever starts like this … = De beste mop van de wereld begint zo … That is really funny. = Dat is echt grappig. I'm laughing my head off! = Het is heel grappig! That's a good one! = Dat is een goeie mop! That joke was boring. = Die mop was saai. I don't like the joke. = Ik vind de mop niet leuk. That one is really old. = Dat is een hele ouwe. He / she has long / short hair. = Hij / zij heeft lang / kort haar. He / she is happy / sad / upset. = Hij / zij is blij / verdrietig / overstuur. The figure is annoyed / in love. = Het figuurtje is geïrriteerd / verliefd. There is nothing in the background. = Er staat niets op de achtergrond. My character is riding his bike. = Mijn stripfiguur fietst op zijn fiets. Her shoes are brown. = Haar schoenen zijn bruin. My character is a man / woman / child / dog. = Mijn figuur is een man / vrouw / kind / hond.