Hoofdstuk 2 - ???
Bij methode English in Mind deel 3 aangemaakt op 04-06-2021 door levi en inmiddels 423 keer bekeken.
Leerjaar: 3
Vragen
woods = bos archery = boogschieten athlete = atleet badly = slecht Basketball = basketbal blow = blazen brilliantly = fantastisch captain = aanvoerder champion = kampioen chance = kans clear = duidelijk Congratulations! = Gefeliciteerd! cost = kosten course = cursus daydream = dagdromen direction = richting disability = handicap disabled = gehandicapt discus = discus distance = afstand draw = gelijk spel draw = gelijk spelen earlier = vroeger enthusiastic = enthousiast fastest = snelste forget = vergeten GCSE = eindexamen get a surprise = verrast worden get an idea = een idee krijgen get home = thuiskomen get old = oud worden get the answer = het antwoord hebben get wet = nat worden goal = doel gold medal = gouden medaille grumpy = humeurig hairdresser = kapper happily = blij hard = hard himself = hemzelf honestly = eerlijk improvise = improviseren injury = blessure javelin = speer laugh = lachen ROFL = Roll Over The Floor learn = leren like = leuk vinden matter = belangrijk zijn medallist = medaillewinnaar messy = slordig mood = bui noisier = luidruchtiger noisy = luidruchtig ordinary = gewoon proud = trots referee = scheidsrechter rest = rusten run = rennen score = score, scoren score a goal = een doelpunt maken script = script show = laten zien slower = langzamer smile = glimlachen sooner = eerder sportspeople = sporters sportperson = sporter sprint = sprint suppose = veronderstellen surprise = verrassing talk = praten team = team throw = werpen tidier = netter wheelchair = rolstoel whistle = fluit workshop = workshop write = schrijven younger = jonger acre = acre In addition = bovendien aim = doel atmosphere = atmosfeer bedroom = slaapkamer