Frequent words in exam questions
Bij methode HCE Engels examenidioom aangemaakt op 24-09-2020 door gijs en inmiddels 458 keer bekeken.
Leerjaar: 6
Niveau: vwo
Vragen
paragraph = alinea according to = volgens to reach = bereiken to illustrate = illustreren / duidelijk maken to imply = suggereren / laten doorschemeren to make clear = duidelijk maken to explain = uitleggen to express = uitdrukken aim / purpose = doel main = hoofd- / voornaamste main point = essentie / hoofdpunt to serve = dienen ertoe to refer to = verwijzen naar to suggest = suggereren to state = beweren statement = bewering to deal with = gaan over to replace = vervangen attitude = houding / opvatting view = mening point of view / viewpoint = standpunt judging from = te oordelen naar / op grond van to sum up / to summarise = samenvatten to point out = duidelijk maken to describe = beschrijven to argue = beweren what is the point made about …? = wat wordt er gezegd erover ...? with regard to = met betrekking tot with respect to = met betrekking tot to insert = tussenvoegen to characterise = typeren to emphasise / to stress = benadrukken to account for = verklaren to conclude = concluderen to appear from = blijken uit to reflect = weergeven to amount to = neerkomen op quotation = citaat