Hoofdstuk 6 - 6.1 tot 6.6
Bij methode Of course! aangemaakt op 11-04-2023 door max en inmiddels 173 keer bekeken.
Leerjaar: 5
Niveau: havo
Vragen
aanpassing = adjustment afhankelijk = dependent bezighouden (iemand) = entertain dat slaat alles! = that beats everything fout = fault gewicht = weight het gezellig hebben = socialize handhaven = maintain inhuren = hire kabel = wire krantenkop = headlines neiging = tendency ondanks = despite ongeacht = regardless of online winkelen = to shop online opdracht = assignment opladen = recharge opluchting = relief reeks = range reserveren = reserve smeken om = beg for steeds meer = increasingly stekker = plug stopcontact = wall socket uitvinding = invention uitzendkracht = temp vallen en opstaan = trial and error vastleggen = record verschaffen = provide vertrouwen op = rely on zuinig = economical access = toegang Accuracy = nauwkeurigheid adore = aanbidden behavioural = gedrags browse = bladeren crop up = opduiken detention = opsluiting disdain = minachting down-to-earth = nuchter evade = ontwijken findings = conclusies / uitkomsten implements = uitvoeren indifferent = onverschillig indignant = verontwaardigd issue = probleem keen = enthousiast modest = bescheiden persecution = vervolging prejudice = vooroordeel ratings = kijkcijfers reluctantly = met tegenzin resentment = haat / wrok scrutiny = nauwkeurig onderzoek strained = gespannen tendency = neiging vain = ijdel aanvragen = Apply for behandeling = treatment daarvoor, vroeger = previously diepgaand, ingrijpend = profound een rechtszaak aanspannen = go to court flauwvallen = faint genezen, beter maken = cure goed doen, ten goede komen = benefit grootste, belangerijkste = primary huisarts = GP / general practioner in de veronderstelling verkeren = was under the impression koorts = fever leveren = provided Lijnen = slim methode, procedure = procedure mogelijk = potentially stoornis = disorder toestemming = permission uitkiezen = select uitvoeren = carry out van mening zijn dat = of the opinion that verwonding, blessure = injury voorkomen = prevent voortijdig = premature zorg = concern assess = beoordelen committed to = toegewijd aan conduct = uitvoeren / doen conform to = zich aanpassen aan design = ontwerpen designer = ontwerper discard = wegdoen / terzijde schuiven elaborate on = uitweiden over explore = onderzoeken / verkennen fertilization = bevruchting gather = verzamelen genetically = genetisch ignite = ontbranden match = partner muscles = spieren pursue = proberen te bereiken / nastreven sibling = broer / zus stun = versteld doen staan test tube = reageerbuis the odds are = het is hoogst waarschijnlijk tissue = weefsel transfer = overbrengen transplant = transplanteren unreliable = onbetrouwbaar verify = checken / vaststellen yield = opleveren aannemen = assume bedoeling = intention begrip = concept behoefte = need bewonderen = admire blootstellen aan, laten kennismaken met = expose buigzaam = flexible concurrerend = competitive consument = consumer de afgelopen tien jaar = over the past ten years diverse, verschillende = various doelgroep = target group (dwars)door = across eis = demand fabrikant = manufacturer functie, mogelijkheid = feature getiteld = entitled heel = entire het heeft geen zin = it's no use huidig = current inderdaad = indeed in de reclame(wereld) zitten = to be in the advertising industry in deze branche = line of work klant = client / customer laat staan = let alone negeren = ignore of...of = either...or omgaan met = handle omstreden = controversial ongeveer = about opzettelijk = deliberate ouderwets = old-fashioned periode, tijdspanne = time span reclamespotje = commercial slechts = merely standpunt = point of view tegenwoordig = nowadays ten koste van = at the expense of tijdgebonden = time-bound toevallig = happen to (tot op zekere) hoogte = to a certain extent verontrustend = disturbing vervangen door = replace with voor- en nadelen = pros and cons vrijwel, praktisch = virtually accused = verdachte base = vals / gemeen clipping = stukje / fragment complaint = klacht controversy = onenigheid / verdeeldheid deem = achten / beschouwen als frequency = aantal binnen een bepaalde tijd inclination = neiging infamous = berucht needless = onnodig pitfall = valkuil returns = opbrengsten salesman = vertegenwoordiger utter = uitbrengen aanbetaling = deposit aandelen = stocks / shares bruto = gross correct, naar behoren = properly De tijd zal het leren = time will tell failliet = broke faillissement = bankruptcy geconfronteerd worden met = face gemeenschap = community gemiddeld = average grootschalig = large-scale hebzuchtig, inhalig = greedy inzamelen = raise kwetsbaar = vulnerable lomp, onbeleefd = rude merk = brand minister-president = prime minister netto = net omzet = turnover oorzaak en gevolg = cause and effect particulier = private rijkdom = riches schulden krijgen = ran into debt talrijk = numerous uitbarsting = outburst uitkering = benefit uitputtend = exhausting vernietigend = destructive verwaarlozing = neglect verwerven = acquire Waarden = values waaronder = including winstgevend = lucrative wortel = root zorg = care zowel...als = as well as citizenship = staatsburgerschap / burgerschap fuel = verergeren / verhogen grant = verlenen / toekennen haven = schuilplaats influx = toevloed / stijging meltdown = ineenstorting pitch = sportveld / veld prime = voornaamste property = onroerend goed prospective = aanstaand / toekomstig prosperous = rijk / welvarend replica = kopie scathing = vernietigend / scherp screen = uitzenden speculator = speculant takeover = overname tax evasion = belastingontduiking turmoil = verwarring / beroering turnstile = draaihek verge = rand (van iets dat gaat gebeuren) benieuwd zijn = wonder bepalen = determine binnen (+periode) = within binnenvallen = invade bovendien, verder = furthermore bovendien = moreover bruikbaar = handy bruin kleurtje = tan dader van seksueel misbruik = sex offender eigen computer = own computer eigendom = property hoofdzakelijk = mainly in geval dat = in case in tegenstelling tot = unlike kiekje = snapshot kortom = in short medeleerlingen = fellow pupils minderjarige = minor mits, op voorwaarde dat = provided niettemin = nevertheless onder andere / o.a. = among other things / a.o. ondergaan = undergo ongevaarlijk = harmless overtuigd, zeker = convinced recept = recipe slenteren = stroll sterk verlangen naar = long for tekort aan = shortage of ten slotte = finally tenzij = unless uitgaven = expenses vanwege = because of verslaving = addiction via = via / through viezerik (seksueel) = pervert voorlopig = for the time being voors en tegens = pros and cons wat je maar wil = whatever you like booming = snelgroeiend commerce = zaken curb = in toom houden / beperken deficit = tekort entrepreneur = zakenman / ondernemer franchise = zaak / zaak binnen een winkelketen impose = opleggen incentive = prikkel / aansporing jeopardise = in gevaar brengen liquidate = sluiten / opheffen menace = bedreiging merger = fusie pics = foto's revenue = opbrengst / winst / winst van een bedrijf tempt = in verleiding brengen wary of = op je hoede voor beeldspraak = metaphor beton = concrete erg vreemd = weird figuurlijk = figurative flauw, vaag = faint gastvrouw / gastheer = host geestelijk = mentally gunstig = beneficial in praktijk brengen = put into practice jammer genoeg = unfortunately keuze = option kosten, vergoeding, tarief = fee letterlijk = literal liever dan = rather than maatregel = measure ontwikkelingsland = developing country onvruchtbaarheid = infertility optreden als / de functie hebben van = act poging = attempt uitlenen = lend verwarrend = confusing vochtig = damp wederzijds = mutual weigeren = refuse woest = ferocious zich richten op = focus on zorgzaam = caring zuivel = dairy zwangerschap = pregnancy zwerf = stray arbitrary = willekeurig beyond = verder dan choking = verstikkend comprehensive = veelomvattend / uitgebreid cradle = bakermat / wieg detect = bespeuren / ontdekken exploit = uitbuiten fade away = langzaam verdwijnen / vervagen holler = hard roepen impoverished = verarmd intervention = tussenkomst / tussenkomst om erger te voorkomen jam = volstoppen / volproppen meanwhile = intussen nurture = ontwikkelen / iets helpen ontwikkelen obligatory = verplicht outsource = uitbesteden reside = wonen resort to = zijn toevlucht nemen tot surrogacy = draagmoederschap traffic jam = file