Hoofdstuk 2 - TALK,TALK Vocab

Bij methode Stepping Stones aangemaakt op 09-02-2021 door siem en inmiddels 337 keer bekeken.
Leerjaar: 4 Niveau: havo

Vragen

to be aware of = Je bewust zijn van
common = veelvoorkomend
Communicative = communicatieve
contradict = In tegenspraak zijn met
desire = verlangen
distracted = afgeleid
exaggerate = overdrijven
Formulate = formuleren
involve = Erbij betrekken
likely = waarschijnlijk
marvel = wonder
occasionally = af en toe
pitfall = valkuil
response = reactie
sensitive = gevoelig
summarize = samenvatten
upset = van streek maken
verbal = verbaal
Non-verbal = nonverbaal
distinctive = typisch
eager = gretig
fellow = genoten
figure out = erachter komen
gesture = gebaar
Grunt = grom
Hoot = Toeterend geluid
hollow = hol
intention = bedoeling
outburst = uitval
Pick a fight = Ruzie zoeken
Randomly = willekeurig
record = opnemen
rough = ruig
Signalling = seinen
Spontaneous = spontane
tough = moeilijk
Tumble = vallen
Tuned in = Op de hoogte van
twist = Onverwachte wending
belong = thuishoren
capture = vangen
Courageously = heldhaftig
current = huidig
enable = Mogelijk maken
Exclusion = buitensluiting
Inclusion = opgenomen worden
indicate = aangeven
Intrigue = intrigeren
mainstream = iedereen
mission = opdracht
outrageous = extravagant
peer = gelijke
phenomenon = fenomeen
prominent = overheersend
provide = voorzien van
refer to = Refereren aan
Revolt against = In opstand komen tegen
separate = los
surely = vast en zeker
utter = volstrekt
accurate = nauwkeurig
assumption = veronderstelling
Amplify = versterken
breakdown = Mankement
Become estranged = Vervreemd raken
cause = veroorzaken
clash = conflict
Clarify = verduidelijken
Cooperate = samenwerken
decent = fatsoenlijk
Differ = verschillen
eliminate = verwijderen
focus = concentreren
ignorant = onwetend
Interpret = uitleggen
poverty = armoede
root = wortel
temper = humeur
verify = controleren
authority = autoriteit
by means of = door middel van
distinguished = belangrijke
flattered = gevleid
frequent = Er vaak komen
nasty = nare / vervelende
opportunity = gelegenheid
similar to = gelijk aan
Celebrities = beroemdheden
contestant = deelnemer
couch potato = luilak
Crave = verlangen naar
daft = stom
lame = stom
massive = enorm
mimic = imiteren
pronounce = uitspreken
proper = nette
shallow = oppervlakkig
alternate = afwisselende
Be appointed = aangesteld worden
constitutional = grondwettelijk
dominate = overheersen
Exasperating = vervelend
futile = nietszeggend
implement = invoeren
Look-alike = dubbelganger
ludicrous = belachelijk
Merge with = Samengaan met
quaint = schilderachtig
Sizeable = Van redelijke grootte
zest = hartstocht
comparable = Vergelijkbaar met
dedicated = toegewijd
High-pitched = hoog
minimise = minimaliseren
Maximise = maximaliseren
Rectangular = rechthoekig
Renewable = recyclebaar
Rumbling = rommelend
Solar cells = zonnecellen
strap = band
confusion = verwarring
Dash = sprint
damage = schade
dazed = verdwaasd
debris = puin
Demolish = vernietigen
gutter = goot