Hoofdstuk 6 - moeilijke woorden
Bij methode Diversen Engels deel 1 aangemaakt op 10-10-2022 door gijs en inmiddels 256 keer bekeken.
Leerjaar: 3
Niveau: havo
Vragen
to consist of = bestaan uit ancestor = voorouder to raise = grootbrengen fosterparents = pleegouders nephew = neef fellow = kerrel / vent bloke / guy / chap = kerel / vent wedding = bruiloft bachelor = vrijgezel to go steady = verkering hebben honeymoon = huwelijksreis acquaintance = kennis elderly = bejaard handsome = knap (mannen) corpse = lelijk waist = middel ought to = moeten carry = dragen swallow = inslikken surgery = spreekkamer surgeon = chirurg pregnant = zwanger to cure = genezen to suffer = lijden insane = krankzinnig paralysed = verlamd temptation = verleiding to vomit / to throw up = overgeven