Hoofdstuk 6 - moeilijke woorden

Bij methode Diversen Engels deel 1 aangemaakt op 10-10-2022 door gijs en inmiddels 177 keer bekeken.
Leerjaar: 3 Niveau: havo

Vragen

to consist of = bestaan uit
ancestor = voorouder
to raise = grootbrengen
fosterparents = pleegouders
nephew = neef
fellow = kerrel / vent
bloke / guy / chap = kerel / vent
wedding = bruiloft
bachelor = vrijgezel
to go steady = verkering hebben
honeymoon = huwelijksreis
acquaintance = kennis
elderly = bejaard
handsome = knap (mannen)
corpse = lelijk
waist = middel
ought to = moeten
carry = dragen
swallow = inslikken
surgery = spreekkamer
surgeon = chirurg
pregnant = zwanger
to cure = genezen
to suffer = lijden
insane = krankzinnig
paralysed = verlamd
temptation = verleiding
to vomit / to throw up = overgeven