Hoofdstuk 3 - Leonardo College 5 vwo vocabulary

Bij methode Diversen Engels aangemaakt op 03-03-2020 door plivia en inmiddels 480 keer bekeken.
Leerjaar: 5 Niveau: vwo

Vragen

to inhabit = bewonen
uninhabited = onbewoond
to pollute = vervuilen
pollution = vervuiling
environment = milieu
environmental = milieu- / milieu
to endanger = in gevaar brengen
endangered species = bedreigde diersoort
forest = woud
summit = top
to cover = bedekken
view = uitzicht
(in)visible = (on)zichtbaar
steep = steil
slope = helling
edge = rand
landmark = baken / herkenningspunt
mountain range = bergketen
track = pad / spoor
cave = grot
beyond = achter / voorbij
earthquake = aardbeving
disaster = ramp
calamity / catastrophe = ramp
disastrous = rampzalig
to erupt = uitbarsten
desert = woestijn
to lose one's way / to get lost = verdwalen
mind = geest
to assume = aannemen
to imagine = zich voorstellen
image = beeld
to take great pains = veel moeite doen
imagination = fantasie
imaginary / fictional = denkbeeldig / verzonnen
to ignore = negeren
common sense = gezond verstand
conscious of / aware of = zich bewust van
awareness = besef
to solve = oplossen
solution = oplossing
conscience = geweten
respect = opzicht
to occur to = opkomen bij
lunatic / madman = gek
lunacy = waanzin
to console / to comfort = trosten
consolation / comfort = troost
to remind of = herinneren aan
to cheat = bedriegen / vals spelen
to determine = bepalen
determined = vastbesloten
controversy = controverse / grote onenigheid
controversial = controversieel
to stand = uitstaan
hypocrite = huichelaar
hypocrisy = huichelarij
to suspect = vermoeden
to presume = aannemen
presumption = veronderstelling
presumably = vermoedelijk
incoherent = onsamenhangend
to consent (to) = toestemmen (in)
consent = toestemming
to dwell on = stilstaan bij / uitweiden over
versatile = veelzijdig
Thesis = stelling
to memorise = van buiten leren
to occupy = bezighouden
far-fetched / far fetched = vergezocht
Unanimous = unaniemate
to evaluate = evalueren
recollection = herinnering
to grasp / to understand = begrijpen
pitfall = valkuil
to commemorate = herdenken
to associate = in verband brengen / associëren
to admire = bewonderen
admiration = bewondering
admirable = bewonderingswaardig
obsessed (with) = bezeten (van)
to loathe = walgen van
to annoy / to irritate = ergeren / irriteren
annoyance / irritation = ergenis / irritatie
to sympathise = meevoelen
sympathy = medeleven
empathy = inlevingsvermogen
miracle = wonder
to applaud = applaudiseren / toejuichen
remorse = wroeging
shy / timid = verlegen
shyness / timidity = verlegenheid
mood = stemming
to disappoint = teleurstellen
disappointment = teleurstelling
to appael to = aantrekken
appael = aantrekkingskracht
sorrow / grief = verdriet
to mourn = rouwen om
sensitive (to) = gevoelig (voor)
sensitivity (to) = gevoeligheid (voor)
cheerful = opgewekt
weird = erg vreemd
pity / compassion = medelijden
to scare / to frighten = bang maken
scared / afraid (of) = bang (voor)
to be fed up with = het zat zijn
to humiliate = vernederen
humiliation = vernedering
paragraph = alinea
according to = volgens
to reach = bereiken
to illustrate = illustreren / duidelijk maken
to imply = suggereren / laten doorschemeren
to make clear = duidelijk maken
to explain = uitleggen
to express = uitdrukken
aim / purpose = doel
main point = essentie / hoofdpunt
to serve = dienen ertoe
to refer to = verwijzen naar
to suggest = suggereren
to state = beweren
statement = bewering
to deal with = gaan over
to replace = vervangen
attitude = houding / opvatting
view = mening
point of view / viewpoint = standpunt
judging from = te oordelen naar / op grond van
to sum up / to summarise = samenvatten
to point out = duidelijk maken
to describe = beschrijven
to argue = beweren
what is the point made about..? = wat wordt gezegd over..?
to insert = tussenvoegen
to characterise = typeren
to emphasise / to stress = benadrukken
to account for = verklaren
to conclude = concluderen
to appear from = blijken uit
to reflect = weergeven
to amount to = neerkomen op
quotation = citaat