Hoofdstuk 6 - lesson 1
Bij methode New Interface Blue Label aangemaakt op 15-09-2021 door siem en inmiddels 385 keer bekeken.
Leerjaar: 3
Vragen
to get back / got / got = terugkomen / kwam terug / teruggekomen to shut up shop / shut / shut = de winkel sluiten / sloot / gesloten fridge = koelkast to lock up = op slot doen, afsluiten since = daar, omdat criminal = crimineel, misdadig activity = activiteit crime = misdaad murder = moord primarily = in de eerste plaats security staff = beveiligingspersoneel assault = geweldpleging hooliganism = vandalisme pickpocket = zakkenroller fraud = fraude mainly = vooral, voornamelijk credit card = creditcard identity = identiteit, persoonsgegevens ID = identiteitsbewijs robber = rover part-time = parttime security consultant = beveiligingsadviseur shopkeeper = winkelier shoplifting = winkeldiefstal to drop = laten vallen several = verscheidene, een paar razor blade = scheermesje offence = overtreding guilty = schuldig to get away / got / got = ervan afkomen, wegkomen met / kwam weg / weggekomen jacket = jasje to drop in = langskomen to pass = voorbijkomen fool = sukkel to mug = beroven to shoplift = stelen uit winkels, winkeldiefstallen plegen investigator = detective to patrol = patrouilleren, de ronde doen CCTV (closed circuit television) = beveiligingscamera offender = overtreder toiletries = toiletartikelen