⦾ alles laten zien ⦿ alles verbergen ⇄ omdraaien ⤨ herhaal moeilijk ⤨ shuffle

Overhoren - Hoofdstuk 3 - lesson 11, 12 en 13; woordjes, Oneliners en Xpress Yourself zinnen van de zelftest, opdracht F - havo/vwo 3

Overhoor jezelf! Bedenk wat het woordje moet zijn en typ het in of klik op . Geef vervolgens eventueel aan of je het goed had met of . Weet je het bijna? Vraag dan een hint met ?. Alles kan ook met het toetsenbord. Typ hiervoor de antwoorden in en gebruik de pijtjes.

Nederlands Engels
witty = ... ?
receive (to) = ... ?
show-off = ... ?
item = ... ?
sympathetic = ... ?
in writing = ... ?
get at (to) / got / got = ... ?
mean (to) / meant / meant = ... ?
messy = ... ?
as = ... ?
heavy = ... ?
become(to) / became / become = ... ?
depressed = ... ?
admit (to) = ... ?
lose weight (to) = ... ?
baggy = ... ?
size = ... ?
skinny = ... ?
obsessed = ... ?
fitness = ... ?
for ages = ... ?
be able (to) = ... ?
approve of (to) = ... ?
market stall = ... ?
designer = ... ?
denim = ... ?
industry = ... ?
create (to) = ... ?
label = ... ?
initials = ... ?
pathetic = ... ?
retail therapy = ... ?
interviewee = ... ?
bootleg = ... ?
flared = ... ?
skinny = ... ?
starve = ... ?
buy / bought / bought = ... ?
spend / spent / spent = ... ?
resist = ... ?
university = ... ?
fit = ... ?
tight = ... ?
demonstrate = ... ?
leaflet = ... ?
shout = ... ?
arrest = ... ?
cause = ... ?
disturbance = ... ?
voice = ... ?
protest = ... ?
ethical = ... ?
fashionable = ... ?
otherwise = ... ?
target = ... ?
stuff = ... ?
dirty = ... ?
trade = ... ?
reputation = ... ?
conditions = ... ?
presumably = ... ?
chain store = ... ?
product = ... ?
worker = ... ?
own = ... ?
control = ... ?
charge = ... ?
stallholder = ... ?
demonstration = ... ?
drag = ... ?
aged = ... ?
uni = ... ?
sweatshop = ... ?
cramped = ... ?
garment = ... ?
dingy = ... ?
agitated = ... ?
sexy = ... ?
come a long way = ... ?
last = ... ?
cost = ... ?
enjoy = ... ?
fight = ... ?
southern = ... ?
mountain = ... ?
pile = ... ?
tear / tore / torn = ... ?
second-hand = ... ?
look = ... ?
electric = ... ?
building = ... ?
machine = ... ?
take off = ... ?
layer = ... ?
fine = ... ?
spray = ... ?
dust = ... ?
race zich = ... ?
collection = ... ?
success story = ... ?
risk = ... ?
place = ... ?
giant = ... ?
washing machine = ... ?
chemicals = ... ?
pull out = ... ?
bare = ... ?
dry = ... ?
produce = ... ?
button = ... ?
health = ... ?
punch = ... ?
hole = ... ?
hopefully = ... ?
toys = ... ?
tempt = ... ?
sweat = ... ?
vintage = ... ?
producer = ... ?
fumes = ... ?
Mag ik dat zwart op wit? = ... ?
Wat wil je daarmee zeggen? = ... ?
Beter kan het niet! = ... ?
... dus zeg jij maar niks. = ... ?
'Nee' accepteer ik niet als antwoord. = ... ?
... hoe goedkoper hoe beter! = ... ?
Wind je niet zo op. = ... ?
Houd ons er buiten! = ... ?
1. Arbeiders in China hebben hun arme dorpjes verlaten om in jeansfabrieken te werken. = ... ?
2. De arbeiders verdienen daar een hoger loon dan in hun dorpen. = ... ?
3. Men denkt dat deze industrie tientallen miljoenen dollars per jaar waard is. = ... ?
4. Arbeiders in de mode-industrie over de hele wereld zouden onder dezelfde omstandigheden moeten werken. = ... ?
5. Het is gek dat je jeans kunt kopen die er al oud uit zien. = ... ?
6. Ik kan misschien wel een artikel schrijven over ontwerpers in de jeansindustrie. = ... ?
7. Je bent geobsedeerd door fitnessoefeningen. = ... ?
8. Ik denk dat je de volgende keer wel een maatje kleiner kunt nemen. = ... ?

Klaar!