Hoofdstuk 5 - (D5) Signaalwoorden blz. 104-106
Bij methode Examenbundel Engels deel 1 aangemaakt op 23-09-2022 door saar en inmiddels 284 keer bekeken.
Leerjaar: 6
Vragen
actually = eigenlijk as a matter of fact = eigenlijk in fact = in feite surely ... but = zeker (wel) ..., maar in order to = om te so that = zodat hardly = nauwelijks merely = slechts scarcely = nauwelijks to a certain degree / to some degree = tot op zekere hoogte / enigszins to a large extent = in hoge mate virtually = vrijwel inevitably = het is onvermijdelijk dat maybe = misschien perhaps = misschien possibly = mogelijk probably = waarschijnlijk undoubtedly = ongetwijfeld without (any) doubt = ongetwijfeld after all = tenslotte all in all = alles bij elkaar as a consequence = als gevolg daarvan as a result = als gevolg daarvan consequently = als gevolg daarvan hence = dus, daarom in brief = kortom so = dus, daarom therefore = daarom that is why = daarom as = aangezien, daar, omdat because = omdat due to = vanwege for = want since = aangezien, omdat although = hoewel but = maar contrary to = in tegenstelling tot despite = ondanks even so = toch even though = hoewel however = echter in contrast to = in tegenstelling tot in spite of = ondanks instead (of) = in plaats (van) nevertheless = niettemin nonetheless = niettemin on the contrary = integendeel on the one hand, on the other hand = enerzijds ... anderzijds rather dan = liever dan still = toch though = hoewel unfortunately = helaas whereas = terwijl while = terwijl yet = toch, echter e.g. (exempli gratia) = bijvoorbeeld equally = in dezelfde mate for example = bijvoorbeeld for instance = bijvoorbeeld fortunately = gelukkig i.e. (id est) = dat wil zeggen likewise = op dezelfde manier similarly = op dezelfde manier such as = zoals thus = op deze manier currently = tegenwoordig eventually = uiteindelijk now = nu nowadays = tegenwoordig then = toen besides = bovendien both ... and = zowel ... als either ... or = of … of furthermore = bovendien first of all / secondly = ten eerste / ten tweede finally = ten slotte In addition = bovendien moreover = bovendien neither ... nor = noch ... noch what is more = bovendien if = als on the condition that = op voorwaarde dat provided that = mits unless = tenzij whether = of