⦾ alles laten zien ⦿ alles verbergen ⇄ omdraaien ⤨ herhaal moeilijk ⤨ shuffle

Overhoren - Hoofdstuk 5 - (D5) Signaalwoorden blz. 104-106 - 6

Overhoor jezelf! Bedenk wat het woordje moet zijn en typ het in of klik op . Geef vervolgens eventueel aan of je het goed had met of . Weet je het bijna? Vraag dan een hint met ?. Alles kan ook met het toetsenbord. Typ hiervoor de antwoorden in en gebruik de pijtjes.

Engels Nederlands
eigenlijk = ... ?
eigenlijk = ... ?
in feite = ... ?
zeker (wel) ..., maar = ... ?
om te = ... ?
zodat = ... ?
nauwelijks = ... ?
slechts = ... ?
nauwelijks = ... ?
tot op zekere hoogte / enigszins = ... ?
in hoge mate = ... ?
vrijwel = ... ?
het is onvermijdelijk dat = ... ?
misschien = ... ?
misschien = ... ?
mogelijk = ... ?
waarschijnlijk = ... ?
ongetwijfeld = ... ?
ongetwijfeld = ... ?
tenslotte = ... ?
alles bij elkaar = ... ?
als gevolg daarvan = ... ?
als gevolg daarvan = ... ?
als gevolg daarvan = ... ?
dus, daarom = ... ?
kortom = ... ?
dus, daarom = ... ?
daarom = ... ?
daarom = ... ?
aangezien, daar, omdat = ... ?
omdat = ... ?
vanwege = ... ?
want = ... ?
aangezien, omdat = ... ?
hoewel = ... ?
maar = ... ?
in tegenstelling tot = ... ?
ondanks = ... ?
toch = ... ?
hoewel = ... ?
echter = ... ?
in tegenstelling tot = ... ?
ondanks = ... ?
in plaats (van) = ... ?
niettemin = ... ?
niettemin = ... ?
integendeel = ... ?
enerzijds ... anderzijds = ... ?
liever dan = ... ?
toch = ... ?
hoewel = ... ?
helaas = ... ?
terwijl = ... ?
terwijl = ... ?
toch, echter = ... ?
bijvoorbeeld = ... ?
in dezelfde mate = ... ?
bijvoorbeeld = ... ?
bijvoorbeeld = ... ?
gelukkig = ... ?
dat wil zeggen = ... ?
op dezelfde manier = ... ?
op dezelfde manier = ... ?
zoals = ... ?
op deze manier = ... ?
tegenwoordig = ... ?
uiteindelijk = ... ?
nu = ... ?
tegenwoordig = ... ?
toen = ... ?
bovendien = ... ?
zowel ... als = ... ?
of … of = ... ?
bovendien = ... ?
ten eerste / ten tweede = ... ?
ten slotte = ... ?
bovendien = ... ?
bovendien = ... ?
noch ... noch = ... ?
bovendien = ... ?
als = ... ?
op voorwaarde dat = ... ?
mits = ... ?
tenzij = ... ?
of = ... ?

Klaar!