Hoofdstuk 35 - War (4)
Bij methode Engels Idioom aangemaakt op 09-09-2020 door noah en inmiddels 532 keer bekeken.
Leerjaar: 5
Niveau: vwo
Vragen
barracks = kazerne liberty = vrijheid to liberate = bevrijden liberation = bevrijding to occupy = bezetten occupation = bezetting to reinforce = versterken cause = goede zaak / zaak just = rechtvaardig mutiny = muiterij mutineer = muiter sentry = schildwacht to repel = afslaan / afstoten to brainwash = hersenspoelen victor = overwinnaar struggle = strijd to combat = bestrijden combat = gevecht / strijd (in oorlog) exempt from = vrijgesteld van to devastate = verwoesten to advance = vorderen advance = vordering / opmars outrage = verontwaardiging to outrage = shockeren outrageous = schokkend advanced = geavanceerd to strengthen = versterken