Hoofdstuk 35 - War (4)

Bij methode Engels Idioom aangemaakt op 09-09-2020 door noah en inmiddels 443 keer bekeken.
Leerjaar: 5 Niveau: vwo

Vragen

barracks = kazerne
liberty = vrijheid
to liberate = bevrijden
liberation = bevrijding
to occupy = bezetten
occupation = bezetting
to reinforce = versterken
cause = goede zaak / zaak
just = rechtvaardig
mutiny = muiterij
mutineer = muiter
sentry = schildwacht
to repel = afslaan / afstoten
to brainwash = hersenspoelen
victor = overwinnaar
struggle = strijd
to combat = bestrijden
combat = gevecht / strijd (in oorlog)
exempt from = vrijgesteld van
to devastate = verwoesten
to advance = vorderen
advance = vordering / opmars
outrage = verontwaardiging
to outrage = shockeren
outrageous = schokkend
advanced = geavanceerd
to strengthen = versterken