thirza alle leerpagina's
Bij methode Realtime deel 1 aangemaakt op 22-12-2020 door eva en inmiddels 444 keer bekeken.
Leerjaar: 1
Niveau: vmbo-bk
Vragen
play a trick = een streek uithalen bald = kaal turkey = kalkoen celebration = feest,viering soon = binnenkort sleeping bag = slaapzak pillow = kussen raft = op een vlot varen roller coaster = achtbaan funny = raar ride = Ritje take pictures = foto's maken topping = saus,bovenste laag limited = beperkt morgen = tomorrow verrassing = surprise gisteren = yesterday laten zien = show vandaag = today vrije dag,feestdag = Holiday verjaardag = birthday meenemen = bring huren = rent bezoeken = visit cadeau = gift taart = cake kaars = candle uitnodigen = invite change your mind = van gedachten veranderen probably = waarschijnlijk allow = toestaan arrange = regelen crispy = knapperig lettuce = sla spicy = kruidig,pikant juicy = sappig tasty = smakelijk,hartig veggie = vegetarisch,met groenten crunchy = knapperig disgusting = vies,niet lekker starving = flink honger hebben chess = schaken gamen = play video games gewelddadig = violent zwembad = (swimming)pool opruimen = clean up vlees = meat kaas = cheese rundvlees = beef tomaat-tomaten = tomato-tomatoes kool = cabbage heerlijk = delicious kip = chicken rijst = rice bord = plate bonen = beans at the bottom = onder aan enter a = meedoen aan delver = afleveren,bezorgen cute = leuk,schattig venue = plaats,locatie definitely = zeker capital = hoofdletter advance = vooraf box office = loket,kassa set = vaststellen profit = winst unknown = onbekend find out = uitzoeken horen = hear optreden = perform meedoen met = join pet = cap tas = bag verschrikkelijk = teribble datum = date uur = hour met de auto = by car boeken,reserveren = book vroeg = early bellen = phone baseball = honkbal picture = beeld awful = verschrikkelijk refuse = weigeren another = nog een prefer = liever hebben,liever doen wouldn'tmind = zou het niet erg vinden skill = vaardigheid fencing = schermen basics = basiskennis equipment = uitrusting,apparatuur track and field = atletiek include = inbegrepen zijn develop = ontwikkelen athlete = sporter compete = meedoen aan,strijden wedstrijd = game slaapkamer = bedroom langzaam = slow opnemen = record kiezen = -choose kunst = art zwaard = sword springen = jump leeftijd = age volgend = next een aantal = a number of lente = spring zomer = summer kampioenschap = championship