Hoofdstuk 1 - alle woordjes
Bij methode All right! aangemaakt op 19-09-2023 door siem en inmiddels 186 keer bekeken.
Leerjaar: 4
Niveau: vmbo-bk
Vragen
comprehensive school = scholengemeenschap deputy head = conrector scheme = programma award = prijs, onderscheiding obese = met overgewicht overweight = met overgewicht, te zwaar low self-esteem = minderwaardigheidsgevoel lack of confidence = gebrek aan zelfvertrouwen bar = reep ban = verbieden fizzy = met prik, bruisend population = bevolking, bevolkingsgroep lead a charge = een aanval leiden purchase = kopen organic = biologisch gymles = PE personeel = staff pesten = bully verantwoordelijkheid = responsibility uitdaging = challenge tegenwoordig = nowadays bewegen = exercise regering, overheid = government bang maken = frighten apparatuur, apparaten = equipment aansporen, stimuleren = encourage noten = nuts kok = chef lid = member kracht = force voeding = nutrition meerderheid = majority related = verband houden met ageing process = proces van ouder worden twins = tweeling condition = aandoening, kwaal benefit = voordeel development = ontwikkeling self-defence = zelfverdediging require = vereisen, nodig hebben contribute to = een bijdrage leveren aan contain = bevatten reduce = verminderen one-off = eenmalig apply = van toepassing zijn fee = inschrijfgeld regelmatig = regular beïnvloeden = influence toenemen = increase veroorzaken = cause vergelijken = compare hoofdpijn = headache aanpassen = adjust handicap = disability verbeteren = improve zelfvertrouwen = self-confidence eetlust = appetite op de lange duur = in the long term verstandig = sensible voorzichtig zijn = be careful verzekering = insurance chubby = mollig suffer from = lijden aan ravenous = uitgehongerd to blame = de schuld zijn familial tendency = iets wat in de familie zit obviously = vanzelfsprekend tackle = aanpakken at the end of the day = uiteindelijk succeed = slagen fibre = vezel throughout = gedurende trigger = aanleiding substitute = vervanging crave for = sterk verlangen naar keep at bay = op afstand houden on the counter = toonbank drowsiness = slaperigheid treatment = doktersbehandeling pharmacist = apotheker significant = opvallend what is more = bovendien chilli = spaanse peper blister = blaar in de hand houden = manage tevreden = satisfied slank = slim op prijs stellen = appreciate gewoonte = habit tempo = rate aankomen in gewicht = put on weight koelkast = fridge kast = cupboard agenda = diary Hooikoorts = hay fever hersenen = brain Niezen = sneeze jeuken = itch verlichten, verminderen = relieve doktersrecept = prescription gewoon = common verbetering = improvement vermijden = avoid bewijs = evidence kruiden = herbs schadelijk, gevaarlijk = harmful behandelen = treat possibly = dat is mogelijk food poisoning = voedselvergiftiging bite = beet swollen up = opgezwollen creepy crawlies = enge insecten monkey = aap puffy = opgeblazen turn = worden antidote = tegengif in het buitenland = abroad last van de maag = upset stomach kraanwater = tap water water uit een fles = bottled water ziek = sick / ill misselijk = sick klagen = complain rillen = shiver pijnlijk = sore, painfull mug – muggen = mosquito - musquitoes bijten, steken = bite – bit - bitten wat nog meer? = what else? slang = snake