Onregelmatige werkwoorden (60 woorden). OOK VOOR VWO!!

Bij methode All right! aangemaakt op 13-06-2021 door sophie en inmiddels 346 keer bekeken.
Leerjaar: 2

Vragen

zijn = be-was / were-been
beginnen = begin-began-begun
wedden = bet-bet-bet
bijten = bite-bit-bitten
breken = break-broke-broken
fokken = breed-bred-bred
brengen = bring-brought-brought
uitzenden = broadcast-broadcast-broadcast
bouwen = build-built-built
kopen = buy-bought-bought
vangen = catch-caught-caught
kiezen = choose-chose-chosen
komen = come-came-came
kosten = cost-cost-cost
knippen, snijden = cut-cut-cut
doen = do-did-done
trekken, tekenen = draw-drew-drawn
rijden, besturen = drive-drove-driven
eten = eat-ate-eaten
vallen = fall-fell-fallen
voelen = feel-felt-felt
voelen = find-found-found
vliegen = fly-flew-flown
vergeten = forget-forgot-forgotten
krijgen = get-got-got / gotten
geven = give-gave-given
gaan = go-went-gone
hebben = have-had-had
hangen = hang-hung-hung
horen = hear-heard-heard
slaan, raken = hit-hit-hit
(vast)houden = hold-held-held
pijn doen = hurt-hurt-hurt
houden = keep-kept-kept
weten, kennen = know-knew-known
leren = learn-learned-learned
verlaten, achterlaten = leave-left-left
verliezen = lose-lost-lost
maken = make-made-made
ontmoeten = meet-met-met
betalen = pay-paid-paid
plaatsen, zetten = put-put-put
lezen = read-read-read
bellen = ring-rang-rung
rennen = run-ran-run
zeggen = say-said-said
zien = see-saw-seen
verkopen = sell-sold-sold
(ver)sturen = send-sent-sent
instellen = set-set-set
schudden = shake-shook-shaken
slapen = sleep-slept-slept
spreken = speak-spoke-spoken
uitgeven = (van geld)	spend-spent-spent
staan = stand-stood-stood
nemen = take-took-taken
denken = think-thought-thought
gooien = throw-threw-thrown
winnen = win-won-won
schrijven = write-wrote-written