⦾ alles laten zien ⦿ alles verbergen ⇄ omdraaien ⤨ herhaal moeilijk ⤨ shuffle

Overhoren - Hoofdstuk 3 - unit 3 lesson 1 - havo/vwo 2

Overhoor jezelf! Bedenk wat het woordje moet zijn en typ het in of klik op . Geef vervolgens eventueel aan of je het goed had met of . Weet je het bijna? Vraag dan een hint met ?. Alles kan ook met het toetsenbord. Typ hiervoor de antwoorden in en gebruik de pijtjes.

Engels Nederlands
koopje = ... ?
schapenvacht = ... ?
rage, modegirl = ... ?
modieus = ... ?
wanhopig = ... ?
rommel, rotzooi, troep = ... ?
zakgeld = ... ?
maximum = ... ?
irriteren = ... ?
excuus, smoesje = ... ?
nieuwst, meest recent = ... ?
verslaving = ... ?
echt = ... ?
fontein = ... ?
rijkdom = ... ?
winkel = ... ?
unpack = ... ?
uitpakken = ... ?
suitcase = ... ?
koffer = ... ?
raincoat = ... ?
regenjas = ... ?
boots = ... ?
laarzen, hoge schoenen = ... ?
out of fashion = ... ?
uit de mode = ... ?
wear, wore, worn = ... ?
dragen = ... ?
comfortable = ... ?
gemakkelijk = ... ?
shopping centre, shopping mall = ... ?
winkelcentrum = ... ?
gift = ... ?
cadeau = ... ?
store = ... ?
opslaan = ... ?
gadget = ... ?
apparaatje = ... ?
cosmetics = ... ?
electronics = ... ?
Build Built Built = ... ?
bouwen = ... ?
good luck = ... ?
floor = ... ?
brand = ... ?
spot = ... ?
plek = ... ?
How do I look? = ... ?
What do you think? = ... ?
Does this jacket look good on me? = ... ?
i don't like it = ... ?
i rather like this one. it suits you = ... ?
that coat doesn't suit at all = ... ?

Klaar!