Hoofdstuk 1 - Basiswoordenschat Deens

Bij methode Diversen Deens aangemaakt op 10-06-2020 door fleur en inmiddels 574 keer bekeken.
Leerjaar: 0

Vragen

ja = ja
Nej = nee
tak = Dank u
Mange tak = Dank u wel
Velbekomme = Niets te danken, geen dank
Vær så venlig = alstublieft
Undskyld = Excuseert u mij, Neemt u mij niet kwalijk
goddag = Goede dag, Hallo
farvel = tot ziens
Farvel sålænge = Vaarwel, Dag, Aju
Godmorgen = Goede morgen
Goddag, God eftermiddag = Goede middag
Godaften = Goedenavond
Godnat = Goede nacht
Jeg forstår ikke = Ik begrijp u niet. Ik weet het niet.
Hvordan siger man det på (dansk)? = Hoe zeg je dit in het (Nederlands)?
Taler du ... = Spreekt u ...
engelsk = Engels
fransk = Frans
tysk = Duits
spansk = Spaans
kinesisk = Chinees
jeg = ik
vi = wij
du = jij
de = U
I = Jullie, U
De, dem = zij
Hvad hedder du? = Hoe heet je?
Rart at møde dig / Dem. = Leuk je te ontmoeten.
hvordan har du det? = Hoe gaat het ermee?
Godt = goed
Dårligt, Slemt = slecht
Nogenlunde = Gaat wel
kone = vrouw
mand = Echtgenoot, Man
Datter = dochter
Søn = zoon
mor = moeder
far = vader
Ven = Vriend (m), Vriendin (f)
Hvor er toilettet? = Waar is het toilet?