Overhoren - file 10 bk Phrases You Can Use deel 2 - 1
Overhoor jezelf! Bedenk wat het woordje moet zijn en typ het in of klik op ⦾. Geef vervolgens eventueel aan of je het goed had met ✓ of ✗. Weet je het bijna? Vraag dan een hint met ?. Alles kan ook met het toetsenbord. Typ hiervoor de antwoorden in en gebruik de pijtjes.
Nederlands | Engels | ||
---|---|---|---|
Hij heeft een aquarium in zijn huis staan. | = | ... | ⦾ ? |
Hij gaat met mijn hulp de kast schilderen. | = | ... | ⦾ ? |
De poster hangt aan de muur. | = | ... | ⦾ ? |
De kwast ligt op (de) tafel. | = | ... | ⦾ ? |
De afplaktape rolde onder de bank. | = | ... | ⦾ ? |
Ik ging met de auto naar de doe-het-zelf-winkel. | = | ... | ⦾ ? |
Mijn vader bewaart verf in de garage. | = | ... | ⦾ ? |
De lamp hangt boven de tafel. | = | ... | ⦾ ? |
Ik krijg hulp van een goede vriend van mij. | = | ... | ⦾ ? |
Hoe krijg ik de nieuwe bank door de deur? | = | ... | ⦾ ? |