Hoofdstuk 5 - woordjes unit 5 ZONDER cijfers

Bij methode Solutions aangemaakt op 25-03-2020 door sara en inmiddels 446 keer bekeken.
Leerjaar: 2 Niveau: havo/vwo

Vragen

advantage = voordeel
argument = ruzie
aspirin = aspirine
bakery = bakkerij
ballroom = bal / dans-zaal
bank = bank
below = beneden
beyond = voorbij
birthday cake = verjaardagstaart
butcher's = slagerij
card shop = kaartenwinkel
castle = kasteel
cathedral = kathedraal
changing room = paskamer
chemist's = apotheek, drogist
Christmas card = kerstkaart
City Hall = stadhuis
clear = helder / duidelijk
clothes shop = kledingzaak
complaint = klacht
computer shop = computerwinkel
concert hall = concertzaal
congress hall = congresgebouw
construction = 't bouwen
disadvantage = nadeel
disco = disco
dominate = overheersen
electrical store = elektra winkel
except = behalve
exchange = uiwisselen
fit = passen
fortune = fortuin, heel veel geld
forward = naar voren / aanvaller
government = regerings-
building = gebouw
grounds = gebied
horse = paard
husband = echtgenoot
ice show = ijsshow
impressive = indrukwekkend
jeweller's = juwelier
knowledge = kennis
label = label, kaartje
low = laag
meat = vlees
monument = monument
museum = museum
music shop = muziekwinkel
natural = natuurlijk
nearly = bijna
neither = geen van beide
newsagent's = tijdschriftenwinkel
none = geen
north = noord
opera house = operagebouw
palace = paleis
paper = papier
parade = parade
pasta = pasta
perfume = parfum
pick up = oppakken
play = toneelstuk
pleasure = plezier
position = positie
post office = postkantoor
present = cadeau
pretty = knap / behoorlijk
printer = printer
put away = wegleggen
put on = aandoen
receipt = bonnetje
remember = herinneren
residence = verblijf
ring = ring
rock concert = rock concert
sale = uitverkoop
seem = lijken / schijnen
shoe shop = schoenenwinkel
size = maat
skyline = horizon
skyscraper = wolkenkrabber
sports shop = sportartikelenwinkel
stadium = stadion
stamp = postzegel
statue = standbeeld
structure = bouwwerk
supermarket = supermarkt
switch on = aanzetten
symbolise = symboliseren
take off = uitdoen / opstijgen
temple = tempel
tennis racquet = tennis racket
terrace = terras, balkon
till = kassa
tower = toren
traditionally = tradioneel
trainers = sportschoenen
turn down = zachter zetten
turn off = uitzetten
turn on = aanzetten
try = proberen